Hoe ziet het zorglandschap van de toekomst eruit, welke positie heeft de patiënt daarin, en vooral: wat is de rol van ICT in dit landschap? Die vraag legden PharmaPartners en PinkRoccade Healthcare neer als basis voor het debat van 15 mei jongstleden onder de titel ‘Het nieuwe zorglandschap vanuit patiëntenperspectief’.
PharmaPartners en PinkRoccade Healthcare, marktleiders in zorgspecifieke software, presenteerden in januari 2013, samen met strategisch adviesbureau Benthurst, de zorgvisie Het stormt in de polder. Deze zorgvisie schetst de contouren van een nieuw zorglandschap en vormde het vertrekpunt voor een dialoog met patiënten en zorgprofessionals. Op basis van de beschreven visie faciliteerden de partijen anderhalf jaar een discussie over de inrichting van het nieuwe zorglandschap. Op 15 mei sloten zij deze af met een slotdebat waarin het patiëntenperspectief centraal stond.
Gillis Jonk, strategieconsultant van Benthurst & Co, beschreef tijdens deze bijeenkomst de totstandkoming van de zorgvisie. Om deze zo goed mogelijk te laten aansluiten op het veld, werd gekozen voor een aanpak waarbij gesprekken werden gevoerd met een groot aantal veldpartijen. Dit leidde tot een opmerkelijke uitkomst, vertelde Jonk: “Iedereen wist heel goed waar het met de zorg naar toe moet, maar een rode draad in wat zij vertelden ontbrak. De zorg is heel gefragmenteerd, iedereen had zijn eigen verhaal vanuit zijn eigen perspectief. Het is een enorme opgave om hierin eenheid te brengen. En de infrastructuur voor die eenheid ontbreekt nog steeds.”
Je eigen zorg inrichten
Niet echt een werkbaar uitgangspunt om op voort te borduren dus. De onderzoekers van Benthurst besloten daarom hun licht op te steken bij andere marktsectoren, waar die infrastructuur of delen ervan al wel tot stand zijn gekomen. “Ikea bijvoorbeeld heeft een programma ontwikkeld waarmee mensen zelf hun keuken kunnen ontwerpen”, vertelde Jonk. “En een keuken ontwerpen is toch echt geen geringe opdracht. Misschien kunnen we ICT ook inzetten om mensen te betrekken bij het inrichten van hun eigen zorg.” Een begrijpelijke gedachte, want dat in de toekomst meer zelfregie van de patiënt verwacht wordt is duidelijk. Maar voor die zelfregie heeft de patiënt wel de middelen nodig, en daarin speelt ICT een belangrijke rol. Om ervoor te zorgen dat de patiënt die zelfregie volledig kan benutten, moet nog wel wat veranderen, stelde Jonk. Hij benoemde hierbij vier niveaus:
– Landelijk: denk hierbij bijvoorbeeld aan een landelijk digitaal netwerk voor de logistiek van geneesmiddelen, of gegevensuitwisseling tussen diagnostische centra.
– Regionaal: bijvoorbeeld als regionaal cardiologienetwerk een applicatie ontwikkelen waarmee de patiënt zelf metingen kan verrichten.
– Wijkniveau: denk aan Albert Heijn, dat in zijn supermarkten alle vroegere buurtwinkels verenigt. Iets soortgelijks gebeurt in de eerstelijnszorg met de komst van geïntegreerde eerstelijnsgezondheidscentra.
– Zorg bij de patiënt thuis: dit gebeurt steeds vaker en ICT is hierin een kritische succesfactor.
“De verandering zal niet van bovenaf en dus niet landelijk worden vormgegeven”, zei Jonk. “Het zal vanuit het zorgveld gebeuren.”
Inspelen op de patiëntverwachting
De patiënt zal in deze verandering een steeds nadrukkelijker rol gaan spelen. Zo vervolgde Jonk zijn betoog. Die is steeds mondiger geworden, met als gevolg dat steeds nadrukkelijker wordt gekeken naar de vraag wat de patiënt mag verwachten van een zorgaanbieder. Jonk: “Zorgaanbieders zullen daarop moeten inspelen.” In samenwerking met patiëntenorganisatie NPCF inventariseerden PharmaPartners en PinkRoccade Healthcare de prioriteiten van zorggebruikers als het gaat om het slimmer en mensgericht inrichten van zorg. Zes verwachtingen kwamen daarbij sterk naar voren:
– Persoonlijk Gezondheidsdossier: Iedereen zou een eigen gezondheidsdossier moeten hebben waarin alle medische informatie van een individu bijeenkomt en gedeeld kan worden onder eigen regie.
– Betekenis voor de patiënt: Zorg betekent niet hetzelfde voor iedereen – dit zou een vanzelfsprekende afweging moeten zijn in de zorgverlening om deze maximaal effect te geven.
– Zorg altijd en overal: We staan in contact met de wereld via een grote verscheidenheid aan media waar en wanneer we willen – behalve met de zorg. Daar kunnen we alleen een afspraak maken om iemand te spreken in persoon. Dit lijkt een grote gemiste kans.
– (Logistieke) regie door de zorggebruiker: De logistiek rond afspraken, onderzoeken en behandelingen kan voor veel patiënten grote vormen aannemen. Het lijkt logisch om zorggebruikers zelf in de gelegenheid te stellen dit optimaal in te richten.
– Één zorggebruikerperspectief: Het aantal patiënten met verschillende aandoeningen tegelijk neemt toe. Hierdoor neemt ook de noodzaak toe van één eenduidig medisch patiëntperspectief door de verschillende zorgverleners.
– Maximale benutting medische kennis: Er is steeds meer toegang tot een wereld aan informatie en kennis. Het lijkt logisch dat de zorg hier ook maximaal gebruik van maakt en zorggebruikers helpt hier voordeel uit te halen.
“Dit zijn de zes bakens waarop we kunnen koersen om de zorg te verbeteren”, zei Jonk. “Op basis hiervan kunnen we de zorg goed inrichten en de juiste infrastructuur ontwikkelen.”
Kritische vragen
Noodzakelijke veranderingen ko-men in de sterk gefragmenteerde zorgsector maar moeizaam tot stand, constateerde Jonk. Waardevolle initiatieven zijn er genoeg. Vier ervan kwamen tijdens het debat uitgebreid aan bod. Waar het met name aan ontbreekt, is een gemeenschappelijke richting. Conclusie uit de discussie over het nieuwe zorglandschap is, dat deze te vinden is in een gezamenlijke ambitie om mensgerichte zorg te realiseren. De heersende overtuiging in Nederland is, dat zorgkwaliteit en zorgbeleving extra kosten met zich meebrengen. Maar het tegendeel is ook te beargumenteren: mensen die “in control” zijn over hun eigen leven en beslissen welke zorg bij hen past, zijn mentaal (en wellicht fysiek) beter bestand tegen de te nemen drempels en beter in staat de ziekte een plek te geven in hun leven.
De keuze voor het sturen op zorgwaarde vereist wel een andere manier van het meten van zorgkwaliteit en het afrekenen van zorg. De zorgwaarde-agenda van Michael Porter en Thomas Lee (“The strategy that will fix healthcare”) biedt handvatten om de benodigde veranderingen tot stand te brengen. Zij sturen sterk op het echt veranderen van wát we kwaliteit noemen en wát we gaan meten en afrekenen. ❦