
De vergoedingen voor geneesmiddelen gaan naar beneden, zo vermeldt minister Bruno Bruins van medische zorg in een brief aan de Tweede Kamer. Daarin gaat hij in op zijn voornemens tot het moderniseren van het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS) en een herberekening van de vergoedingslimieten. En die voornemens hebben grote gevolgen, tot (hoewel vermijdbaar) eigen bijbetalingen aan toe.
Bruins wil het GVS weer effectiever maken door een herberekening van de vergoedingslimieten, die nog dateren uit 1998. In de herberekening worden nieuwe geneesmiddelen en prijswijzigingen na 1998 meegenomen. Hiermee wil hij fabrikanten van relatief hoog geprijsde geneesmiddelen aanzetten tot het matigen van hun prijzen.
Bijbetaling
En dan volgt er een opvallende zin: namelijk: “Daar waar fabrikanten hun
prijzen niet matigen maar een geneesmiddel boven de vergoedingslimiet prijzen,
ontstaat een bijbetaling voor de patiënt. De patiënt kan er dan overstappen
naar een vergelijkbaar geneesmiddel zonder bijbetaling.” Bruins beseft dat dit
voor patiënten belastend kan zijn. Daarover schrijft hij: “Ik zou dat
betreuren, want we mogen verwachten dat fabrikanten hun prijzen matigen. Maar
als dat niet gebeurt, doe ik toch een beroep op patiënten, voorschrijvers en
apothekers om zo bij te dragen aan betaalbare geneesmiddelenzorg.’
Vangnet
De minister vindt het echter onwenselijk als patiënten niet in staat zijn
om te wisselen naar een vergelijkbaar geneesmiddel zonder bijbetaling. Mede
daarom wil de minister niet alleen een herberekening uitvoeren, maar het GVS ook
moderniseren. Onderdeel daarvan is te komen tot een vangnet voor uitzonderlijke
gevallen, waarin een patiënt om medische redenen alleen een geneesmiddel met
een bijbetaling kan gebruiken. Dan hoeft de patiënt niet bij te betalen. Hij
wil daartoe het begrip ‘medische noodzaak’ toepassen op de GVS-bijbetaling. Het
wordt daarmee, ook na een herberekening, dus voor iedere patiënt mogelijk om
een geneesmiddel zonder bijbetaling te kiezen. Bijbetalingen worden voor
patiënten dus in principe vermijdbaar, aldus Bruins. Als er toch sprake is van
GVS-bijbetalingen zijn deze dit jaar (t/m 31 december 2021) gemaximeerd op € 250
per patiënt per jaar om stapeling van eigen betalingen voor patiënten te
beperken.
Bijbetalingen
vermijdbaar
Bruins benadrukt nogmaals in zijn brief dat er in elk cluster tenminste één
geneesmiddel zonder bijbetaling beschikbaar voor de patiënt. Indien de patiënt
om medische redenen een geneesmiddel met bijbetaling moet gebruiken, vervalt
door het vangnet de bijbetaling. ‘Bijbetalingen zijn dus, door de herberekening
en dit vangnet, in principe voor iedere patiënt vermijdbaar na invoering van de
modernisering in de tweede helft van 2021.’
Gevolgen in de
uitvoering
Om de modernisering van het GVS, inclusief de herberekening, goed te doen
landen, zegt minister Bruins nauw op te trekken met patiëntenorganisaties,
zorgverzekeraars, voorschrijvers en apothekers: ‘Zeker gezien de
uitvoeringsgevolgen’. Want een herberekening kan tot gevolg hebben dat
patiënten zullen wisselen van geneesmiddel. Voorschrijvers en apothekers moeten
patiënten hierover informeren en goed begeleiden. En zorgverzekeraars moeten hun
verzekerden van informatie voorzien over de bijbetaling op een geneesmiddel die
na een herberekening kan ontstaan.
Ook de invulling van de ‘medisch noodzaak’ is van belang voor een goede uitvoering. Dit instrument hoort volgens Bruins slechts in uitzonderingsgevallen te worden ingezet, met onderbouwing dat de patiënt om medische redenen alleen een geneesmiddel met bijbetaling kan gebruiken. Het is van belang dat voorschrijvers prudent omgaan met de ‘medische noodzaak’.
Samenvatting
Bruins sluit zijn brief af met de volgende samenvatting: ‘Met een herberekening in een gemoderniseerd GVS streef ik drie doelen na. Ten eerste wil ik de patiënt, ook na een herberekening, de mogelijkheid geven altijd een geneesmiddel zonder bijbetaling te kiezen. Ten tweede wil ik de uitgaven aan extramurale geneesmiddelen beheersen door fabrikanten aan te zetten tot het matigen van hun prijzen en voorschrijvers, apothekers en patiënten te stimuleren te kiezen voor een doelmatig geneesmiddel. Ten derde wil ik met dit toekomstbestendige GVS mogelijk maken dat een herberekening ook in de toekomst vaker en verantwoord kan worden uitgevoerd.’