Meteen naar de inhoud

“Goedkoop als het kan, duur als het moet”

Het is een zeer bewogen jaar voor Mediq, een van de grootste ketenapotheken in Nederland. Krimpende winsten, medewerkers van het hoofdkantoor die gedwongen ontslagen worden en de overstap van een beursgenoteerd bedrijf naar een partnerschap met een Amerikaanse investeringsmaatschappij. Ondertussen zoekt het bedrijf naar nieuwe wegen om haar inkomsten veilig te stellen.

Voor een farmaceutisch bedrijf met groeiambities is het met het huidige beursklimaat behoorlijk lastig om geld op te halen. Aandeelhouders staan minder te springen bij nieuwe, ongewisse avonturen. Bovendien kan het soms prettiger zijn om in de luwte te opereren bij het hervormen van een bedrijf dan als beursgenoteerd fonds dat verplicht is vier keer per jaar kwartaalcijfers te presenteren. Het zijn allemaal redenen waarom Mediq, dat in 1992 als apothekerscoöperatie de overstap maakte naar de beurs, dit jaar besloot om – na twintig jaar – van de beurs af te gaan. In plaats daarvan gaat het bedrijf in zee met de Amerikaanse investeerder Advent. “Dat is een investeringsmaatschappij met kantoren in Europa en Amerika en in totaal 15 miljard euro aan beleggingen,” vertelt Marc van Gelder, bestuursvoorzitter van Mediq. “25 procent daarvan zit in de gezondheidszorg. Dan gaat het over beleggingen in Duitse ziekenhuizen, in Engelse verslavingsklinieken, in generieke fabrikanten in Oost-Europa. Ze zijn kortom gepokt en gemazeld in de Europese zorgsector. Dat is een van de focusgebieden voor hun investeringen.” En Advent gaat dus ook investeren in Mediq. “Onze groeistrategie spreekt hen aan. We willen onze marktpositie voor medische hulpmiddelen uitbreiden, vooral internationaal. En we willen omschakelen naar een nieuw verdienmodel. Vroeger verdienden we vooral op onze marges, maar die tijd is voorbij. We moeten nu op een andere manier voor onze inkomsten zorgen.”

Dat nieuwe verdienmodel is gebaseerd op het principe fee for services, oftewel: vergoed worden voor geleverde diensten. Van Gelder geeft een voorbeeld: “Onze groothandel maakt verlies. We leveren momenteel zestig procent van ons geneesmiddelenvolume, vooral de generieke geneesmiddelen, met verlies af. Dat komt doordat Nederland een dumpingland is geworden voor generieke fabrikanten. En doordat zorgverzekeraars in hun apotheekvergoedingen geen rekening hebben gehouden met het logistieke proces daarachter. De groothandel vormt een vergeten schakel in de farmaceutische zorgverlening. Tegelijkertijd is de Nederlandse farmaceutische groothandel een van de meest efficiënte in Europa. Medicijnen worden binnen 24 uur in de apotheek of het ziekenhuis afgeleverd.”
Aan de verliezen van de groothandel moet snel een einde komen. Anders zal Mediq ook moeten overwegen dezelfde keuze te maken als collega-farmaceutische groothandel Brocacef. Deze dreigde dit najaar om per 1 november a.s. de levering van zo’n duizend farmaceutische producten te staken. Van Gelder: “We subsidiëren onze groothandelsfunctie nu nog vanuit onze andere activiteiten. De vraag is alleen: hoelang gaan we daarmee door?”

Een oplossing kan zijn om de farmaceutische groothandel te oormerken als Public Service, zoals dat ook in België en Duitsland het geval is en zoals de Europese Unie in haar richtlijnen aanbeveelt. “Zo’n service gaat gepaard met een vaste vergoedingenstructuur. Dan praten we over redelijke vergoedingen, gebaseerd op de kosten die de groothandel maakt, zoals de kosten voor opslag, verpakking en transport. Laten we niet vergeten dat de farmaceutische groothandel diensten levert, namelijk de distributie en transport van geneesmiddelen. Daar behoort een redelijke vergoeding tegenover te staan, een fee for service. Dat is nu niet zo. En dat terwijl de Nederlandse farmaceutische groothandel al functioneert als een Public Service. Dat voelen wij ook zo. Wij voelen ons moreel verplicht om te zorgen voor een goede en trefzekere distributie van medicijnen en medische hulpmiddelen. Alleen ontbreekt daarvoor een passende vergoeding.”

Medicijnmonitor
Ondertussen zetten de prijsdalingen van geneesmiddelen door en dat begint pijn te doen. “Farma vormt nog steeds de kern van onze activiteiten. Onze totale omzet is 2,7 miljard euro en 1,4 daarvan is farma. Maar we verdienen er steeds minder op. 30 stuks Simvastatine 20 mg kost nu per doosje 25 cent. Een doosje Omeprazol, maagzuurremmers, 20 mg kost 54 cent. Dat is goedkoper dan een zakje drop. Van de marge die we daarop verdienen krijgen we het geneesmiddel niet van A naar B getransporteerd.”
Dat gaat zo niet langer, benadrukt Van Gelder. Fee for services, het nieuwe verdienmodel waarop Mediq inzet, vormt daarom volgens hem ook hier de enige manier om het tij te keren. Werken aan een betere therapietrouw ziet hij als een mooi voorbeeld van zo’n nieuwe service. “We weten dat veertig procent van de geneesmiddelen niet goed wordt ingenomen. Mensen stoppen voortijdig met hun medicatie of blijven het juist te lang slikken, ook als dat niet langer nodig is. Neem het medicijn Plavix dat door hartpatiënten wordt gebruikt. Als je dat langer dan een jaar slikt, heb je grotere kans op inwendige bloedingen. Het wordt voorgeschreven door het ziekenhuis, je krijgt ontslagmedicatie mee, maar de herhaalmedicatie verloopt via de huisarts. En als je niet oplet, blijft deze dat tot in lengte van dagen voorschrijven. Daar ligt een rol voor de apotheker. Deze behoort op de patiënt af te stappen met de vraag: waarom gebruikt u na een jaar nog steeds Plavix?”
Om deze rol te kunnen waarmaken, heeft Mediq een database ontwikkeld, de Medicijnmonitor, waarmee de apotheker op de voet kan volgen of de patiënt zijn geneesmiddel heeft opgehaald, of hij te veel of te weinig gebruikt enzovoort. “Met deze informatie kan hij in gesprek met de huisarts, bijvoorbeeld over de vraag: waarom gebruikt deze patiënt nog steeds dat geneesmiddel? De apotheker volgt dus proactief het voorschrijfgedrag van de huisarts en het medicijngebruik van de patiënt. Dat is een verschil van 180 graden met de reactieve manier waarop de apotheker normaal gesproken werkt. Hij krijgt het recept van de huisarts, hij controleert de dosering en de interactie met andere medicijnen en hij verstrekt het geneesmiddel. En daarna begint het gehele traject opnieuw.” En de Medicijnmonitor werkt. “We hebben de monitor een half jaar geleden bij honderd van onze apotheken ingevoerd en dat heeft al 25.000 interventies opgeleverd. Dan praten we over 25.000 verbeteringen in het geneesmiddelengebruik van patiënten.”

Dat apothekers niet eerder kozen voor deze proactieve aanpak, is vooral een kwestie van geld. “Het betekent veel extra werk in de apotheek. We zijn daarom blij dat de zorgverzekeraars bereid zijn om te betalen voor de Medicijnmonitor. We hebben daarvoor met Achmea inmiddels een driejaarscontract afgesloten, met CZ loopt een pilot en momenteel zijn we ook met andere verzekeraars in gesprek. Een betere therapietrouw is ook in hun belang. Het betekent immers minder complicaties en dus lagere kosten. Een patiënt met osteoporose die zijn medicijnen niet inneemt, heeft een verhoogde kans op botbreuken en dus ziekenhuisopnames. Evenzo leidt een onzorgvuldig gebruik van maagzuurremmers tot een verhoogd risico op inwendige bloedingen. Er is kortom een directe correlatie tussen verhoogde therapietrouw en kostenreductie. Daar profiteren ook de zorgverzekeraars van.”

Uitdeelposten

Van Gelder sluit niet uit dat dit slechts het begin is, en dat Mediq de komende jaren haar verdienmodel volgens het principe fee for services verder zal uitbouwen. Dat zal vermoedelijk nodig zijn, want de winstmarge van de Mediq-apotheken krimpt al enkele opeenvolgende jaren. De laatste vier jaar ging de winst van de apotheken, ooit de kern van de onderneming, van 73 miljoen naar 25 miljoen euro. “Dat zal dit jaar naar verwachting 4 miljoen zijn.” De dalende inkomsten van het bedrijf hebben de afgelopen periode al geleid tot enkele ingrijpende maatregelen. “We zijn bijvoorbeeld genoodzaakt een van onze beide groothandelsvestigingen, in Staphorst, te sluiten. Alleen onze vestiging in Oss houden we open. Daarnaast worden 62 van de 180 medewerkers op het hoofdkantoor ontslagen. Een derde van de mensen gaat weg. Dat zijn onplezierige maatregelen, maar iedereen hield er rekening mee. De situatie in de apotheken is bekend.”

Een andere maatregel houdt in dat zeven van de 226 Mediq-apotheken worden omgevormd tot zogenoemde uitdeelposten. “Dat zijn kluisjes waar mensen hun herhaalmedicatie kunnen ophalen en waar op gezette tijden een apothekersassistente aanwezig is om medicatievoorlichting te geven. Zeventig procent van de medicatie die bij de apotheek wordt gehaald is herhaalmedicatie. Als je dat op een goedkopere manier kunt distribueren is er al veel gewonnen. Vorig jaar hebben we zulke kluisjes als pilot geplaatst bij de huisartsenpost in het Friese Sint Nicolaasga, vlakbij Joure. Een apothekersassistente is elke dag een uur op deze post aanwezig. En de pilot is goed verlopen. Patiënten zijn tevreden over de uitdeelpost.”

Dat betekent niet dat de Mediq-apotheken straks in heel Nederland worden ingekrompen tot uitdeelposten. “We hebben zorgvuldig gekeken waar dat kan. Er moet bijvoorbeeld een apotheek in de buurt zijn. De farmaceutische serviceverlening in het betreffende verzorgingsgebied mag niet in het geding zijn. Sint Nicolaasga was daarom een goede keuze, omdat de apotheek van Joure er slechts tien kilometer vandaan ligt. De bevoorrading van de kluisjes vindt ook vanuit Joure plaats.” Eén ding staat voor Van Gelder vast: Mediq moet – in het licht van de dalende inkomsten – nog scherper dan voorheen nadenken over haar apotheekinfrastructuur. “Ik vergelijk het wel eens met banken of postkantoren. Die bevonden zich vroeger op elke straathoek, terwijl we nu vooral geldautomaten en TNT-balies bij de Bruna hebben. Die kant gaat het ook in onze branche op, al erken ik dat een geneesmiddel iets anders is dan een postpakketje. Maar de overeenkomst is dat we steeds opnieuw zorgvuldige afwegingen moeten maken. Dus daar waar we geneesmiddelen gemakkelijk en goedkoop kunnen distribueren, moeten we dat doen. En daar waar meer gecompliceerde en dure interventies vereist zijn, bijvoorbeeld bij acute medicatie, eerste uitgifte medicatie of een medicatiebeoordeling in het kader van onze Medicijnmonitor, moeten we dat doen. Het een kan niet zonder het ander. Het is én-én. Goedkoop als het kan, en duur als het moet.”

Tekst: Michel van Dijk
Fotografie: Frank Groeliken

Najaarsronde coronavaccinatie

De coronavaccinatie voor specifieke doelgroepen start op 2 oktober aanstaande. Zorgprofessionals kunnen vanaf half oktober zelf een afspraak bij de GGD maken voor een coronaprik.

Vacatures

Sluit u aan bij uw collega-huisartsen en -apothekers die onze nieuwsbrief over farmacotherapeutische ontwikkelingen in de eerste lijn ontvangen.

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Sluit u aan bij meer dan 6.500 huisartsen en apothekers die tweewekelijks onze nieuwsbrief ontvangen over ontwikkelingen in de eerste lijn.

We gaan vertrouwelijk om met je gegevens

Mis nooit meer het belangrijkste eerstelijns nieuws!

Elke twee weken in 10 minuten op de hoogte van het laatste nieuws en trends in de eerstelijns zorg.

We gaan vertrouwelijk om met je gegevens