
BioNTech en Pfizer ontwikkelen samen het kandidaat-vaccin BNT162. De eerste deelnemers aan het klinisch onderzoek van Pfizer en BioNTech naar een potentieel mRNA-vaccin tegen het coronavirus, zijn daarmee geïnjecteerd. Het gaat om twaalf proefpersonen in Duitsland. Zodra er goedkeuring is van de autoriteiten willen Pfizer en BioNTech het vaccin ook snel in Amerika testen.
In het eerste stadium van het onderzoek worden in totaal 200 gezonde proefpersonen tussen de 18 en 55 jaar gevaccineerd met vier verschillende kandidaat-vaccins. Bovendien krijgen zij verschillende doseringen van het vaccin. Het doel is om te bepalen welk vaccin het lichaam het beste activeert om antilichamen tegen het coronavirus te maken. Ook wordt beoordeeld wat de optimale dosering van het vaccin is en of het vaccin veilig is.
Drie mRNA-vaccintechnologieën
De opzet van de studie is gekozen om zo snel mogelijk veel informatie te verzamelen. Zo worden er drie verschillende mRNA-vaccintechnologieën getest (uRNA, modRNA en saRNA). Alle vaccins worden geladen met de genetische code van de ‘spike’ van het coronavirus, terwijl een tweede cohort modRNA-vaccins geladen wordt met de kortere genetische code van de receptor van de ‘spike’ dat contact maakt met de menselijke cel.
Het uRNA en modRNA zullen getest worden met een ‘prime and boost’ vaccinatie, wat inhoudt dat proefpersonen twee doses krijgen toegediend. Proefpersonen met het zelfversterkende saRNA vaccin worden eenmalig gevaccineerd.
Tweede deel
In een tweede deel van de studie worden de kandidaat-vaccins ook gegeven aan 500 mensen met een groter risico op ernstige gevolgen van een besmetting met het COVID19-virus, waaronder 55 plussers en personen met een onderliggende, chronische aandoening.
Bron: Pfizer