
Afgelopen augustus berichtte De Morgen dat Australische wetenschappers al jaren bezig zijn om de Tasmaanse tijger weer tot leven te wekken. De laatste Tasmaanse tijger, Benjamin, stierf in 1936.
Fantastisch nieuws natuurlijk: de mens die in staat is om een uitgestorven diersoort terug op de wereld te zetten. Het ultieme bewijs dat niets meer onmogelijk is. Al missen de wetenschappers nog 4 procent van het DNA, maar met enig modificeren van het DNA van een buidelmuis lijkt ook die laatste hindernis geen obstakel meer. De mens is dé schepper van de natuur geworden! Na de Tasmaanse tijger staat het tot leven wekken van de mammoet op het to-dolijstje.
Toch geeft dit bericht mij niet bij uitstek een trots gevoel over wat we allemaal kunnen bereiken en hoe wij onze kennis inzetten. Nog recentelijk zijn we, ondanks al onze kennis, overvallen door een eenvoudig micro-organisme, dat zichzelf niet eens kan voorplanten, maar dat wel de gehele wereldeconomie kon ontwrichten en onze gezondheid, zowel fysiek als mentaal, veel schade toebracht. Schade die met het opvolgen van eenvoudige adviezen over hygiëne en het nemen van eigen verantwoordelijkheid beperkt had kunnen worden. Hoewel we met al onze moderne kennis en inzichten in staat lijken de natuur naar onze hand te zetten, wijst die zelfde natuur ons er zo nu en dan op dat we feitelijk geen partij voor haar zijn.
Met al onze vergaarde expertise zijn we in staat steeds complexere vraagstukken op te lossen, steeds eerder en innovatiever in te grijpen bij ziektes en onvolmaaktheden. De vraag daarbij is of al die mogelijkheden ons ook gezonder en gelukkiger gaan maken. De Tasmaanse tijger zal er niet van wakker liggen of hij wel of niet terugkeert. En het is maar de vraag of er voor de mammoet plek is op deze wereld. In onze zoektocht naar perfectie en controle lijken we ons te verliezen in meer, beter en sneller – alleen maar omdat we het nu eenmaal kunnen.
Bewijst de huidige tijd met zijn crisissen en onzekerheden niet dat de weg naar gezondheid juist niet vraagt om innovatiever, complexer en steeds duurdere oplossingen, maar om meer eenvoud en kortere lijnen tussen mensen die elkaar kunnen helpen? Willen wij als zorgprofessionals onze patiënten met hun zorg- en gezondheidsvragen helpen, dan kan techniek en innovatie ons daarbij ondersteunen. Het meeste wat wij voor onze patiënten kunnen betekenen, zit hem echter in de onderlinge oprechte dialoog: wat heeft iemand echt nodig om zich weer gezond te voelen, waarbij ‘gezond zijn’ niet gedefinieerd wordt als ‘perfect zijn’.
Laten we hopen dat de Tasmaanse tijger niet eerder tot leven wordt gewekt dan dat wij het antwoord hebben op de vraag hoe de zorg beter kan bijdragen aan en onderdeel is van een gezonde maatschappij.
Waarschijnlijk is het antwoord op deze vraag eenvoudiger dan we denken!
Maayke Fluitman is apotheker en eigenaar van care2create en de SelfCareFactorY.com. Haar focus ligt op het adviseren en ontwikkelen van diensten en producten op het gebied van selfcare, wellness en healthcare.